RAF

 

20161005-007

10 oktober 2016

Een week geleden is het nu, het nieuws kwam hard aan…
We gingen je vertroetelen, je kreeg zoveel extra knuffels, vrienden kwamen afscheid van je nemen.
We wilden nog 1 keer samen rennen, en dat deden we… We gingen naar de plas en iedereen stond versteld van jouw levenslust en snelheid. Niemand kon vermoeden hoe ziek jij eigenlijk was.
We vertelden aan Cas dat jij erg ziek was en dat we jou niet meer beter konden maken, maar ook hij begreep het denk ik niet echt, in zijn ogen was je even gek als altijd…
Ergens hoopte ik dat ik me gewoon gruwelijk vergist had…

Toch zagen we elke dag een beetje minder Rafje. Je vermagerde zienderogen en je eetlust ging achteruit. Toch bleef je zo ontzettend blij en enthousiast, maar als je dacht dat we niet keken, lag je daar maar…
Ondanks al het enthousiasme werd je een schim van wie je ooit was. Toen we vanochtend zagen hoe jij in je mandje bleef liggen in plaats van ons te begroeten en toen je zelfs de resten van Casjes ontbijt niet meer wilde, vonden we dat het tijd was om je te laten gaan…

Natuurlijk konden we wachten tot jouw eeuwige kwispel tot stilstand kwam, maar voor wie of wat zouden we dat doen… We wilden jou dat niet afnemen, we wilden jou toch nog een beetje laten zijn wie je altijd was geweest…

Met je hoofd in baasjes schoot ben je stilletjes van ons weggegaan…
Onze zotte vriend, onze gekke kerel, ons dwaasje… wat zullen we je zo ontzettend gaan missen…

Ren nu maar, grote lieverd,
ren nu maar met zus… ik weet dat jij haar ook ontzettend hebt gemist.

Lieve Maaike,

ik kan jou niet genoeg bedanken voor het vertrouwen dat je ons geschonken hebt, voor dit prachtige leven dat je in onze handen hebt gelegd.

Geen Jackanape’s meer in huis nu… en zo verlaat Tessje ons opnieuw een beetje…
Dat onze zwarte tweeling, “Raf & Tess”, nu eindelijk weer samen is, is een schrale troost…

 

4 oktober 2016

Uit de brief aan puppy Raf op 31 januari 2011:

Lief kleintje,
laten we maar gauw vergeten wat er daarbinnen afspeelt, laten we genieten van alle tijd die we samen krijgen,
laat ons samen rennen door de bossen, laat ons rollen in het gras, laat ons springen van plezier…

En dat is exact wat we deden…
Jij rende het hardst van allemaal, jij rolde met de meeste passie en jij sprong met 4 poten kaarsrecht omhoog als je blij was. En blij, dàt ben je altijd geweest!

We vergaten vaak dat jij ons vroeg zou verlaten, want jij, jij leefde voor 2! We kregen spijt dat we jou niet beter opgevoed hadden. We lachten wel eens dat je over je vervaldatum heen was. Maar daarbuiten moesten we vaak om je lachen, om je gekke kuren en je capriolen en om je eeuwige onnozele blik daarbij. Onze ongelofelijke lieverd met het grote hart, ons schaap in wolvenvacht…

En zo werd je twee… tot ieders verbazing bleef je hartje stabiel.
De jaren gingen voorbij, je rende nog steeds het hardst van allemaal. En dan komt het moment dat wij, als baasjes, niet langer voorbereid zijn… En zeker niet op wat nu gaat komen…

Je ging meer drinken, wacht even, je ging echt bizar veel drinken. En je werd mager… Onderzoek bevestigde een heel lelijk vermoeden.
Dat ook jij nu stilletjes verteerd wordt door die klote ziekte, het is zo oneerlijk…
Dat we je vroeg zouden moeten afgeven door je hartafwijking daar gingen we van uit… maar voor de diagnose van uitgezaaide leverkanker ben je gewoon echt nog véél te jong…

Ik hoop, misschien tegen beter weten in, dat we toch nog een tijdje van je mogen genieten. Dat we je nog even héél hard mogen verwennen, je nog even al onze aandacht mogen schenken. Dat we je nog even heel dicht tegen ons aan mogen drukken.
Ik wil nog even stilletjes zitten huilen omdat jij veel te rustig naast me ligt, ik wil nog zo vaak je hoofd op mijn schoot voelen rusten en in je lieve ogen kijken.

Laat ons nog een keer samen rennen door de bossen…

 

31 januari 2011

Lieve, kleine Raf,

wie had dat gedacht…

Altijd kwamen we “de Tessjes” knuffelen, gelukkig zijn we jou daarbij niet 1 keer vergeten. Toch was het anders, jij, jij zou namelijk zowieso niet met ons mee naar huis gaan. Alles ging voorspoedig met jullie, we konden jullie iedere week zien groeien en groeien en zo keken we uit naar de dag dat onze Tess mee naar huis mocht.

Plots werd alles anders…
De dierenarts stelde een hartruisje vast bij jou en je bleek een gaatje in de middenwand van je hartje te hebben, een “ventriculair septum defect” zoals ze dat noemen. Het nieuws heeft iedereen verdrietig gemaakt en deed “jouw mensen” afhaken… een begrijpelijke, maar moeilijke beslissing die ze moesten maken. Vanaf dat moment gebeurde er hier, thuis, ook iets speciaals. Jouw baasje en ik gingen door een proces, een proces van zelf nadenken, van samen overleggen en van uiteindelijk beslissen de grote stap te wagen. We vertelden onze plannen aan je fokster, Maaike, en na grondig overleg werd beslist dat ook jij met ons mee naar huis zou gaan.

En nu, nu ben je hier bij ons, ogenschijnlijk een normale pup. Je speelt met je zusje, brengt vrolijk je apportje, knabbelt stiekem aan de stoelen en windt iedereen om je pootje. Wat ben je toch een dotje! Niemand die zo kan geloven hoe ziek je eigenlijk bent…

Lief kleintje,
laten we maar gauw vergeten wat er daarbinnen afspeelt, laten we genieten van alle tijd die we samen krijgen,
laat ons samen rennen door de bossen, laat ons rollen in het gras, laat ons springen van plezier…